Stand van zaken RTHA

18 december 2018

Stand van zaken RTHA:

Geen uitplaatsing helikopters, geen omgevingsombudsman en voorlopig geen groeimogelijkheden.

Naar aanleiding van de groeiwensen van de luchthaven Rotterdam The Hague Airport (RTHA) heeft de toenmalige Staatssecretaris van het ministerie van Infrastructuur en Milieu een aantal jaar geleden aangegeven dat de toekomstmogelijkheden sterk afhankelijk zijn van regionaal draagvlak.

Dit was voor de regionale bestuurders, die samenwerken in de Bestuurlijke Regiegroep RTHA (BRR) in 2016 aanleiding om door Joost Schrijnen een verkenning uit te laten voeren naar dit draagvlak. Deze verkenning werd begin 2017 gepubliceerd en werd in de zomer van dat jaar door de BRR vertaald in een advies aan het ministerie. Een cruciaal element uit de bevindingen van de verkenner en het advies van de BRR is de conclusie dat er geen draagvlak bestaat voor uitbreiding van de geluidsruimte van de luchthaven. Op een aantal elementen vanuit het advies hebben zich recent nieuwe ontwikkelingen voorgedaan.

Geen uitplaatsing helikopters
Verkenner Joost Schrijnen adviseerde om de helikopters van RTHA naar een andere locatie te verhuizen om daarmee binnen de huidige geluidsruimte ontwikkelmogelijkheden voor het zakelijke vliegverkeer te creëren. De BRR heeft mogelijkheden voor deze uitplaatsing laten onderzoeken, maar deze bleken er niet te zijn. Dat betekent dat er dus geen groei voor ander verkeer van de luchthaven binnen de huidige geluidsruimte mogelijk gemaakt kan worden. De luchthaven zelf heeft al aangegeven te verwachten dat dit binnen enkele jaren zal leiden tot overschrijdingen van de geluidsruimte omdat het maatschappelijk helikopterverkeer (trauma- en politiehelikopter) groeit en dit dus ten koste gaat van de ruimte voor ander verkeer. Dit jaar was er ook al sprake van een forse overschrijding van de geluidsruimte bij Schiedam, wat volgens de luchthaven komt door de bijzondere situatie van langdurige oostenwind waardoor het patroon van de richting van starten en landen erg afweek van een gemiddeld jaar. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) gaat momenteel na tot weke sancties dit voor de luchthaven leidt. De NMZH vindt dat wettelijke normen ter bescherming van de leefomgeving en omwonenden te allen tijde gerespecteerd moeten worden en dat bij overschrijding dus strenge handhaving nodig is.

Geen omgevingsombudsman
Een andere aanbeveling van verkenner Joost Schrijnen betrof het instellen van een omgevingsombudsman als bemiddelaar tussen degenen die overlast van de luchthaven ervaren en de luchthaven zelf en andere betrokken partijen. Afgelopen jaar heeft de heer Ewald van Vliet in opdracht van de BRR onderzocht wat de mogelijkheden en kansen zouden zijn van zo’n omgevingsombudsman. Hij kwam tot de conclusie dat te weinig betrokken partijen een omgevingsombudsman zien zitten en het daarom niet zinvol is om hier nu mee aan de slag te gaan. De BRR heeft dit advies overgenomen. De NMZH had aangegeven wel voorstander te zijn van een pilot met een omgevingsombudsman omdat deze zou kunnen helpen bij het nemen van maatregelen om ervaren overlast te verminderen. Maar voor het slagen van een omgevingsombudsman is breed draagvlak cruciaal, dus nu dat blijkt te ontbreken kan de NMZH zich goed vinden in het standpunt van de BRR om hiervan af te zien.

Wettelijk vastleggen emissienormen
In haar advies aan de Staatssecretaris heeft de BRR gevraagd naar de mogelijkheden voor het opnemen van emissienormen in een nieuw luchthavenbesluit, zoals ook het geval is bij Schiphol. Daarop heeft het ministerie nu aangegeven dat de luchtkwaliteit voldoende geborgd is met de algemene normen die overal gelden, dus ook rond luchthavens. De NMZH vindt dat het ministerie zich hiermee er te makkelijk vanaf maakt, bij Schiphol is immers ook gekozen voor normen in het luchthavenbesluit. De NMZH heeft de BRR daarom gevraagd dit punt nog niet los te laten en de BRR heeft hier positief op gereageerd.

Geen sturing zakelijke bestemmingen
In het verleden is afgesproken dat RTHA hoofdzakelijk gericht moest zijn op zakelijk vliegverkeer. In de praktijk blijkt het aandeel zakelijk verkeer echter zeer beperkt te zijn. Daarom heeft de BRR in haar advies aan de staatssecretaris gevraagd naar mogelijkheden om te sturen op zakelijk relevante bestemmingen. Deze mogelijkheden blijken er echter niet te zijn omdat Europese regelgeving deze sturing nu belemmert. Om hier verandering in te krijgen zouden er dus op Europees niveau aanpassingen van wet- en regelgeving nodig zijn. Nu echter blijkt dat er nagenoeg geen invloed is uit te oefenen op het gewenste zakelijk profiel van de luchthaven, is het volgens de NMZH de vraag wat dit betekent voor het draagvlak van de luchthaven in de huidige vorm in de komende periode. Is de huidige mate van overlast acceptabel als niet tegen te gaan is dat dit vooral is zodat vakantiereizigers voor bodemprijzen naar zonbestemmingen kunnen vliegen en deze vluchten dus maar zeer beperkt van toegevoegde waarde zijn voor de regionale economie?

Toekomst: voorlopig status quo?
Ondanks bovenstaande ontwikkelingen heeft de luchthaven zelf nog steeds groeiwensen. De minister van Infrastructuur en Waterstaat liet echter eerder weten nog geen besluit te willen nemen over RTHA en eerst in de komende jaren een nieuwe luchtvaartnota en de herindeling van het Nederlandse luchtruim af te willen ronden. Het staat RTHA vrij om toch al eerder een aanvraag voor een nieuw luchthavenbesluit te doen, maar het is de vraag of dit kans van slagen heeft gezien het ontbreken van regionaal draagvlak voor groei en de prioriteitstelling van de minister. Zo lang er geen nieuw luchthavenbesluit is, is de huidige regelgeving van kracht en is het dus vooral de vraag hoe het juridisch gaat lopen nu RTHA dit jaar al de geluidsruimte in Schiedam overschreden heeft en verwacht dat overschrijdingen in de komende jaren vaker zullen gaan gebeuren. De NMZH zal dit nauwgezet gaan volgen en zich hard maken voor de belangen van natuur, milieu en omwonenden.

Meer informatie
Meer informatie over de huidige stand van zaken en de informatie vanuit de BRR zijn te vinden in dit bericht en de bijbehorende documenten: https://www.cro-rotterdam.nl/nl/info-brr