De komst van de zero-emissiezone voor stadslogistiek in Den Haag
De komst van de zero-emissiezone voor stadslogistiek in Den Haag
Bedrijven, overheden en kennisinstellingen hebben in 2014 een convenant afgesloten om zo de stedelijke logistiek efficiënter en duurzamer te maken, namelijk de Green Deal Zero Emission Stadslogistiek (ZES). Het uitgangspunt is om stadskernen in 2025 emissievrij te bevoorraden, om de zo de negatieve effecten op mensen milieu tegen te gaan.
6 september 2023
De Gemeente Den Haag heeft zich ook aangesloten bij de ZES. Daarmee heeft het zich gecommitteerd om vanaf 1 januari 2025 een zero-emissiezone in te voeren voor stadslogistiek. Deze doelstelling heeft landelijk een nieuwe impuls gekregen met de komst van het Klimaatakkoord in 2019. Hierin is opgenomen dat in 30 tot 40 van de grootste gemeenten in 2025 een ZES-zone wordt ingevoerd. Als 4e jaars student van de opleiding Landscape and Environment heeft Luuk Kraan onderzoek gedaan naar de stand van zaken, ter voorbereiding op deze doelstelling. Ook is onderzocht welke korte- en lange termijn activiteiten de gemeente en de NMZH kan ondernemen om de elektrificatie van stadslogistiek te stimuleren. De focus lag hierbij op voertuigen in de categorie N1. Dit zijn bedrijfsvoertuigen met een maximumgewicht van 3500kg, daarbij stond de onderstaande hoofdvraag centraal.
Welke korte- en lange termijn activiteiten kunnen in Den Haag worden ondernomen om de doelstelling m.b.t. de elektrificatie van stadslogistiek te behalen.
Het onderzoek is voornamelijk gebaseerd op een combinatie van deskresearch en interviews met experts. Hierbij is de impact van de mobiliteit in Den Haag en het aandeel van stadslogistiek hierin geïnventariseerd. Hieruit is gebleken dat stadslogistiek voor een groot deel verantwoordelijk is voor de uitstoot van stikstofoxiden (NOx), CO2 en fijnstof (PM2,5 & PM10). De infrastructuur zoals laadpalen en hubs in de vooringenomen ZEzone in Den Haag is geïnventariseerd. Aan de hand van prognoses is bepaald dat in de ZES-zone extra DC-laders noodzakelijk zijn om aan de laadvraag in 2025 & 2030 te voldoen.
Ter inspiratie is onderzocht hoe de andere G4-steden zich voorbereiden op hun ZE-zone. Hieruit is geblekeken dat de gemeente Amsterdam een hubvisie heeft gepubliceerd waarmee zij het gebruik van hubs stimuleren. In Rotterdam zet men groot in op de communicatie over de komst van de ZE-zone, met evenementen zoals Plug in 010. Ook zijn interviews met een groot aantal betrokken partijen afgenomen. Uit deze interviews zijn maatregelen en aanpassingen voor in Den Haag op het gebied van: communicatie, beleid, laadinfrastructuur, gedragsverandering, voertuigen en onderzoek naar voren gekomen. Zo is het bewustzijn bij (kleine) ondernemers over de komt van de ZEzone laag. Het wordt de gemeente Den Haag geadviseerd om zo spoedig mogelijk met een uitgebreide online- en offline communicatie campagne te starten om ondernemers te informeren.
Daarnaast wordt de gemeente Den Haag geadviseerd om de extra DCladers te realiseren om aan de laadvraag van 2025 te voldoen. Voor zowel de gemeente Den Haag als de NMZH is het een kans om te pleiten voor een grotere ZE-zone. In de afbeelding rechts onder is te zien dat een vergroting (rood gearceerd) naar het zuidoosten het meest kansrijk is, aangezien daar de concentratie fijnstof het grootst is. Uit het onderzoek is gebleken lokale milieuorganisatie in Den Haag zich
niet bezighouden met de uitvoering van het beleid rondom de ZEzone. Het wordt de NZMH geadviseerd om betrokkenheid van lokale milieuorganisaties te stimuleren. Dit onderzoek heeft zich gericht op de laadinfrastructuur in de vooringenomen ZE-zone van Den Haag. Het wordt aanbevolen om een
vervolgonderzoek te doen naar de laadinfrastructuur op plaatsen waar de hoogste laadvraag wordt verwacht, zoals op bedrijventerreinen buiten de stad.
Een kopie van het verslag kan worden opgevraagd door de mailen naar: 653692@student.inholland.nl
Dit waren de belangrijkste resultaten. Het afstudeeronderzoek bij de Natuur en Milieufederatie Zuid- Holland heb ik als bijzonder leerzaam ervaren. Het heeft mij het gevoel gegeven daadwerkelijk bij te hebben gedragen aan het stimuleren van duurzame ontwikkeling binnen de gemeente Den Haag en de komst van de zero-emissiezone voor stadslogistiek in Den Haag.