Zoönose: de grote bedreiging voor de mens

Zoönose: de grote bedreiging voor de mens

Een zoönose is een infectieziekte die van dieren op mensen kan overgaan. Besmetting kan plaatsvinden via direct contact met dieren, hun uitwerpselen, beten of steken, besmet voedsel (zoals geïnfecteerd vlees of melk) of via insecten (zoals muggen of teken). Nederland als dichtbevolkt land en met z’n jaarlijkse veestapel van boerderijdieren van in totaal 109.126.000. Met zoveel dieren die vaak industrieel in grote aantallen worden gehouden is Nederland erg kwetsbaar. Veel hangt af van een adequaat overheidsbeleid die gezondheidsbelangen op de eerste plaats zet. Ook het muteren van deze infectieziekten en de overgang van nieuwe dieren naar de mens gaat het steeds moeilijk behandelbaar maken en kunnen ook resistente mutaties ontstaan met grote gevolgen voor de mens. Denk aan het coronavirus wat ook een zoönose is.

10 februari 2025

Voor Nederland is de Q-koorts zo’n zoönose die al een lange looptijd heeft met grote gezondheidsrisico’s voor de bevolking. Q-koorts wordt veroorzaakt door de bacterie Coxiella burnetii. Nederland kende tussen 2007 en 2010 de grootste Q-koortsepidemie ter wereld, met naar schatting 50.000 tot 100.000 besmettingen. Duizenden mensen werden ernstig ziek, en meer dan honderd overleden. Besmetting vindt doorgaans plaats via de lucht, vooral bij het lammeren van besmette geiten en schapen. Recente studies van het RIVM bevestigen opnieuw dat omwonenden van geitenhouderijen een verhoogd risico lopen op longontsteking. Dit risico is al sinds 2009 bekend en is sindsdien herhaaldelijk bevestigd.

 

Traag en Ontoereikend Overheidsbeleid

Ondanks deze duidelijke aanwijzingen blijft het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) ook nu weer de exacte oorzaak betwijfelen. Dit leidt tot vertraging en besluiteloosheid. Het kabinet kiest steevast voor “meer onderzoek” in plaats van ingrijpende maatregelen. Een bekende tactiek om verandering te vermijden. Waarom hier ondanks de grote gevolgen voor de volksgezondheid mee doorgaan? Ik ken de werkelijke reden niet, maar ik kan wel een redelijke inschatting maken naar de werkelijke redenen.

De agrarische sector heeft veel te verliezen bij strenge maatregelen, en LVVN wil economische schade en juridische claims van boeren voorkomen. Zolang de wetenschappelijke consensus niet onweerlegbaar is, kan de overheid verantwoordelijkheid en schadeclaims vermijden. Door onderzoek te blijven initiëren, kan de overheid actie uitstellen en publieke druk minimaliseren. De agrarische lobby speelt natuurlijk een rol in beleidsbeslissingen en verzet zich tegen beperkende maatregelen.

Omdat de Q-koortscrisis uit het collectieve geheugen is verdwenen, is er onvoldoende maatschappelijke urgentie voor snelle actie. De gevolgen van deze langjarige vertraging zijn schrijnend. Op basis van het recente rapport van het RIVM geeft dit het volgende beeld. Jaarlijks 100 tot 600 extra ziekenhuisopnames en 20 tot 100 extra sterfgevallen per jaar. Wat dat over de totale periode vanaf 2007 betekent wil ik niet eens uitrekenen.

Ondertussen proberen enkele provincies het voortouw te nemen. Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Utrecht, Overijssel, Zuid-Holland en Noord-Holland hebben een moratorium ingesteld op de uitbreiding en vestiging van geitenhouderijen. Toch blijft het probleem gewoon doorgaan en hebben deze maatregelen op het schaalniveau van Nederland nauwelijks effect. In 2022 telde Nederland 665 geitenhouderijen met 488.652 geiten en dat aantal stijgt nog steeds. Na een tijdelijke daling in 2010 als gevolg van ruimingen door de Q-koorts, nam het aantal geiten en geitenbedrijven weer toe. Zo steeg het aantal gespecialiseerde geitenbedrijven van 403 in 2017 naar 412 in 2018. In 2020 waren er 569 bedrijven met melkgeiten en in 2022 zo’n 665. Dat is een percentuele groei van het aantal geitenhouderijen van ongeveer 65,01% ten opzichte van 2017. Het is dus wachten op de volgende pandemie. Dit Kabinet gaat op deze manier ook weer niet het verschil maken.

 

Waar blijft het Voorzorgsbeginsel?

Waarom grijpt de overheid niet in? Waarom wordt het voorzorgsprincipe zo genegeerd? De gevolgen van deze langjarige vertraging zijn dus schrijnend. Hoe hoog moet de prijs voor de samenleving worden en in het bijzonder voor de Q-koortspatiënten en de chronische Q-koortspatiënten. Bij ongeveer 2% van de mensen die besmet zijn met de Q-koortsbacterie ontstaat chronische Q-koorts. Deze vorm van Q-koorts kan maanden tot jaren na de oorspronkelijke infectie optreden en leidt tot langdurige ontstekingen, zeker bij mensen met onderliggend leiden. Exacte cijfers over het aantal chronische Q-koortspatiënten in Nederland zijn niet beschikbaar, omdat deze vorm niet meldingsplichtig is. Tijdens de Q-koortsepidemie in Nederland, tussen 2007 en 2010, werden naar schatting minimaal 32.200 mensen besmet. Op basis van het percentage van 2% zou dit alleen al voor deze periode neerkomen op ongeveer 644 chronische Q-koortspatiënten.

Het recente debat in de Tweede Kamer heeft opnieuw bevestigd dat de overheid blijft kiezen voor uitstel. Ondanks de vele onderzoeken die aantonen dat Q-koorts een ernstige bedreiging vormt voor omwonenden, werd besloten om opnieuw aanvullend onderzoek te vragen in plaats van maatregelen te treffen. Dit is niet langer verantwoord: het is spelen met mensenlevens. Er is al meer dan genoeg bewijs om nu actie te ondernemen, en verder wachten betekent willens en wetens de gezondheid van burgers op het spel zetten. Hoeveel mensen moeten er nog ziek worden of overlijden voordat de overheid eindelijk ingrijpt?

Deze blog is geschreven door: