Zuid-Holland met Buijtenland van Rhoon op verkeerde spoor

1 september 2016

Zuid-Holland met Buijtenland van Rhoon op verkeerde spoor

Op 14 september vergadert  Provinciale Staten van Zuid-Holland over het Buitenland van Rhoon. Bij de aanleg van Maasvlakte 2 is afgesproken om naast de aanleg en de wettelijke natuurcompensatie ook de leefomgevingskwaliteit in de regio Rijnmond te versterken. Deze afspraken in de vorm van  een dubbeldoelstelling zijn wettelijk vastgelegd en maakte de aanleg van Maasvlakte 2 mogelijk. De aanleg van 600 Ha natuur en recreatie voor de bewoners van de regio Rijnmond in het Buitenland van Rhoon is één van de projecten.  Door de jaren heen is tegen deze plannen veel weerstand geweest. Iedere keer is gezocht naar oplossingen om meer draagvlak te creëren in het gebied en bij de agrarische ondernemers.
Keer op keer hebben wij de plannen hierop aangepast. Voor het laatst in 2014 naar aanleiding van het advies van oud-minister Cees Veerman. Toen is ook door toenmalig staatssecretaris Dijksma vastgesteld dat verdere aanpassingen strijdig zijn met de afgesproken PKB en de afgesproken doelen voor de natuur- en recreatieontwikkeling in het Buijtenland van Rhoon.

Ondanks dit intensieve proces en de afgegeven signalen presenteren Gedeputeerde Staten eenzijdig nu toch voorstellen aan Provinciale Staten om weer tot ingrijpende aanpassingen te komen op basis van het advies van de kwartiermakers. Hierdoor komen de doelen voor het verbeteren van de leefomgevingskwaliteit nog verder weg dan ooit. Voor de NMZH is nu de grens bereikt. Samen met VNO-NCW, Havenbedrijf Rotterdam, gemeente Rotterdam, Deltalinqs,  Zuid-Hollands Landschap, Natuurmonumenten en Duinbehoud is nu in een brief vanuit de Tafel van Borging aan Provinciale Staten gevraagd om niet akkoord te gaan met de statenvoordracht. Ook is in een brief aan Staatssecretaris van Dam gevraagd om in een bestuurlijk overleg met alle partijen tot een oplossing te komen. Het kan niet zo zijn dat eerder gemaakte afspraken zo eenzijdig door de provincie worden losgelaten. De samenwerking tussen maatschappelijke organisaties en overheden komt hierdoor enorm onderdruk te staan en daardoor wordt het ingewikkeld om op deze manier nog bestuurlijke afspraken te maken met de Provincie Zuid-Holland. Natuurlijk hebben wij in eerdere brieven geprobeerd om het tij te keren. Maar Gedeputeerde Staten hebben deze signalen naast zich neergelegd en uiteindelijk dus de statenvoordracht gepresenteerd zoals die nu voor ligt.

De provinciale Statencommissie Duurzame Ontwikkeling zal zich op 7 september als eerste buigen over deze statenvoordracht. Vanuit ons maar ook vanuit de mede ondertekenaars zal nog een ultieme poging worden ondernomen om de provincie Zuid-Holland tot andere gedachten te brengen.

Tot 14 september zal nog met woordvoerders gesproken gaan worden. Daarna is het aan Provinciale Staten. Op basis van de uitspraak van Provinciale Staten gaan wij ons samen met de partners binnen de Tafel van Borging beraden over de uitkomst en de gevolgen.

Downloads